zelforganisatie: implicaties voor de praktijk

opleidingen

Meepraten?

Kom bij de facebookgroep voor pedagogen die niet bang zijn voor complexiteit!

Zelforganisatie is een proces dat spontaan orde brengt in chaos, zonder dat iemand vertelt hoe dat moet. De orde die ontstaat is afhankelijk van de eigenschappen van de elementen, samen met de relaties tussen de elementen. Elementen bepalen zelf hun plaats in het systeem onder invloed van de relaties met hun buren. Meer informatie over hoe en wat vind je in deze blog over het concept zelforganisatie.

Zelforganisatie is iets dat (bijna) altijd ontstaat in complexe systemen. Dus ook in complexe systemen die uit mensen bestaan, zoals vriendengroepen, families of gezinnen, organiseren zichzelf. Iemand is de leider, er is een grappenmaker, iemand die de lieve vrede bewaard enz. Voor het oplossen van problemen in complexe systemen is het goed om rekening te houden met zelforganisatie.

Neem bijvoorbeeld slaapproblemen bij peuters. De peuter op tijd naar bed krijgen en in bed houden, kan een hele opgave zijn. Het vereist nieuwe interactiepatronen (krachten) van ouder naar kind die tegendruk zullen opleveren. Als de andere ouder dan loopt te klagen over de herrie, de andere kinderen wakker worden/blijven waardoor de situatie nog vervelender wordt, dan kan het lastig zijn om vol te houden. Zeker als de ouder dan ook nog moe is door gebrek aan slaap.

Het systeem heeft zichzelf op zo’n moment op een bepaalde manier georganiseerd. De elementen blijven op hun plaats doordat hun doel (gedeeltelijk) bereikt wordt met de krachten die uitgeoefend worden door de andere elementen. ‘Niet slapen’ is een doel van de peuter. Misschien is hij bang voor het donker, wil hij niets missen, vindt hij alle aandacht leuk, of wil hij niet in zijn bed plassen. Het is natuurlijk maar zeer de vraag of de peuter zich bewust is van zijn doel. Wat hij wel weet is dat vroeger naar bed gaan niet leuk is.

Als je wilt dat bepaald gedrag verandert, bijvoorbeeld bij het slapen gaan, dan moet het systeem op een andere manier worden georganiseerd. Als professional heb je nooit invloed op alle elementen, dus het systeem moet het zelf doen. In dit voorbeeld zijn er vanuit complexiteit en zelforganisatie een aantal dingen waar je aan kunt denken.

  • Maak eerst een stukje van het systeem stabiel, zodat de rest volgt. Vraag bijvoorbeeld of de andere kinderen een paar dagen bij iemand kunnen logeren zodat je een stabiel bedtijdritueel kunt maken zonder dat je last hebt van tegendruk van andere kinderen. Daarna moeten de andere kinderen zich voegen naar deze nieuwe stabiliteit. Ook een opgave, maar zo kan het in stapjes
  • Verminder de tegendruk van andere kanten. Het wegsturen van de andere kinderen is hier ook een voorbeeld van. Maar denk ook aan het inzetten van de andere ouder zodat die niet zeurt en zo geen tegenkracht geeft.
  • Maak het element beter bestand tegen druk. In dit geval is het geen goed idee om de interventie te beginnen als de ouder al moe is. De verleiding om toe te geven aan de tegendruk is dan erg groot.

Al deze adviezen zijn niet heel origineel of wereldschokkend. De meeste professionals zouden vanuit ervaring of opleiding ook met soortgelijke stappen komen. Wat kan kennis van complexiteit dan nog toevoegen?

Het is vooral de manier van denken achter de interventies/adviezen.

Er is op dit moment al sprake van zelforganisatie. Iedereen zit op een plek. Elke verandering zal dus in eerste instantie een verslechtering zijn voor minstens 1 van de elementen van het systeem. In dit voorbeeld is het waarschijnlijk de peuter die helemaal geen zin heeft om op tijd naar bed te gaan. Hij zal dus tegendruk gaan geven wat de situatie voor de ouder ook slechter maakt. Dat is natuurlijk heel vervelend, maar er zit wel een goede kant aan. Het ontstaan van tegendruk betekent dat je iets aan het veranderen bent.

Ten tweede moet je bedenken dat de ‘standaard’ adviezen alleen maar werken als de krachten ook ‘standaard’ zijn. Dat is natuurlijk vaak zo, maar zeker niet altijd. Het is dus altijd zinvol om te onderzoeken hoe de verschillende elementen elkaar beïnvloeden.

Ook moet je je realiseren dat de adviezen invloed hebben op de interacties/krachten die in het systeem werken. Voor elke kracht, zijn er verschillende interventies mogelijk, niet alleen de ‘standaard’ adviezen. Als je weet welke kracht je wilt beïnvloeden, zijn er ook andere adviezen mogelijk. Adviezen die misschien beter aansluiten bij de rest van het systeem of de context van dat systeem. Complex denken levert je dus meer mogelijke interventies/adviezen op.  

Verder moet je altijd monitoren. Mocht een advies/interventie niet werken zoals je verwacht, dan geeft je dat informatie over de krachten binnen het systeem: de krachten lopen anders dan je dacht en/of er zijn nog meer krachten die je nog niet in beeld hebt. Verder onderzoeken dus. Deze nieuwe informatie moet je meenemen en een nieuwe interventie voorstellen.

Als laatste is het goed om te weten dat hoe complexer het systeem is, het stabieler het is en hoe moeilijker het is om te veranderen. Er zijn dan veel meer krachten (attractoren) aanwezig in het systeem dus verandering van één element, zal een hoop tegenkracht genereren. Doe dan een stapje achteruit en ga dan op zoek naar een hogere orde attractor die wel veranderbaar is.

dynamiek in pedagogiek

Wat zoek je?

Meer weten over hardnekkige pedagogische problemen?

podcast aanvragen

Ik stuur je drie dagen lang, elke dag een podcast waarin ik je vertel wat hardnekkige pedagogische problemen zo bijzonder maakt en wat dat voor jou als professional betekent.

dynamiek in pedagogiek

Deze website maakt gebruik van cookies. Door de site te blijven gebruiken, ga je akkoord met ons cookiebeleid. Meer informatie: Privacybeleid​