Realistischer beeld van tijdpad en oplossing.
Niet alle problemen zijn natuurlijk complex, maar het zijn altijd de complexe problemen, de messes, die voor hoofdpijn zorgen. En omdat ze complex zijn, zijn er vaak al meer hulpverleners of instanties bij betrokken geweest. Want zo werkt het systeem van opschalen in Nederland. Je probeert iets (alsof het een puzzle is), je probeert iets anders (alsof het een problem is) en uiteindelijk mag iemand anders het proberen. Logisch, als je kijkt met het oogpunt van efficiency. De puzzles en de problems komen op deze manier nooit in de zwaardere, en duurdere hulpverlening. Of dit een goede manier van werken is, gezien vanuit de cliënt, is een ander verhaal. Dit is zoals het is, en daar moeten we het mee doen.
Het betekent wel dat de complexe problemen dus al hulp hebben gehad die niet werkt. En nu mag jij. Nu kun je natuurlijk doen wat je voorgangers ook gedaan hebben. Je kunt het probleem opdelen in kleinere deelproblemen met bijbehorende deeloplossingen: opvoedsteun voor de ouders, speltherapie voor de peuter, schuldhulpverlening erbij, psycho-educatie voor de pedagogisch medewerkers, en verzin maar door. In complexe problemen zijn veel probleemelementen, anders waren ze niet complex.
Met deze tactiek zijn verschillende dingen mis. Om met de belangrijkste te beginnen: het werkt niet! Bij complexe problemen is de onderlinge afhankelijkheid tussen de probleemelementen zo groot, dat een oplossing voor het ene probleem, een ander deelprobleem versterkt. Je kunt het zien als een beperkte hoeveelheid energie die te verdelen is. Op dit moment is de energie zo verdeeld, dat het allemaal net, of eigenlijk net niet, lukt. Je kunt niet alles hebben. Schuldhulpverlening zorgt voor extra stress, waardoor de opvoedsteun niet succesvol is. De speltherapie maakt de peuter extra moe, wat de psycho-educatie bij de pedagogisch medewerkers onsuccesvol maakt.
Sterker nog, soms maakt de oplossing het probleem alleen maar erger. De opvoedsteun maakt moeder misschien zo bewust van haar onvermogen, dat ze het opvoeden maar helemaal opgeeft. En dan hebben we het er nog niet eens over hoe alles wordt beleefd. Je kan zo’n complex probleem alleen maar oplossen als je het probleem in zijn geheel, met alle onderlinge invloeden, bekijkt. En dan probeert die dingen aan te pakken die het systeem een zetje in de goede richting geven, zonder het te overbelasten.
Dat betekent dat het langzaam zal gaan. Kleine veranderingen die andere kleine veranderingen in gang zetten, net zolang tot het systeem zelf verder rolt, in een goede richting, als een dominobaan. En alhoewel de wondervraag een mooie vraag is om een doel te formuleren, suggereert het ook dat het bereikbaar is. Zelfs als er een toverstok aan te pas moet komen. (dat is vaak de wondervraag: als je nu een toverstok had om je ideaal te bereiken, hoe zou het ideale plaatje er dan uit zien?) Maar toverstaffen bestaan niet, en ideale situaties worden nooit bereikt.
Dus wees eerlijk. Praat met je client. Vertel dat het langzaam zal gaan en waarom. Leg uit van die dominobaan zodat kleine verbeteringen als grote prestaties kunnen worden gevierd. En elk succesje is een extra dominosteen in de goede richting.